Grote opwinding in mei 1904 bij de vele liefhebbers van koorzang: de Mastreechter Staar komt zingen in Gulpen. Dit Maastrichtse koor won na haar oprichting in 1883 in de eerst jaren van haar bestaan al veel nationale en internationale prijzen en kreeg In 1895 het predicaat Koninklijk. Sindsdien zijn er drie Koninginnen beschermvrouw geweest van het koor. En dát koor, uitgenodigd door de Gulpener zangvereniging St. Caecilia, zal komenzingen in het park van kasteel Neubourg op 31 juli 1904. De Limburgse kranten schrijven er al vanaf eind mei over en noemen het een ‘heuglijk’ bericht dat zich als ‘een lopend vuurtje’ verspreid door de streek. St. Caecilia mag volgens hen trots zijn op het voorrecht van dit optreden dat een waar ‘kunstgenot’ belooft te worden. Ook de gekozen datum wordt geprezen: het is midden in het toeristenseizoen als er veel gasten, uit heel Nederland en de buurlanden België en Duitsland, verblijven in het Gulp- en Geuldal.

Op de dag zelf reizen de zangers van het Maastrichtse koor met de trein van Maastricht naar Wijlre. Onder begeleiding van de harmonie van Gulpen lopen ze naar het gemeentehuis in Gulpen. Daar wordt de erewijn gedronken, worden toespraken gehouden en St. Caecilia zingt een aantal liederen. Op de Markt in Gulpen speelt de harmonie van Wijlre anderhalf uur voor het massale publiek. Daardoor komt er, zo schrijft de krant, ‘een opgewekte stemming’ onder het publiek.

In het park is het optreden van de Staar een groot succes met daverend applaus en gejuich na elk zangnummer. Ook de harmonie van Gulpen treedt op en oogst veel lof voor haar uitvoering. Wat jammer, schrijft de krant dat de avond zo vroeg inviel en het concert ophield, de journalist hoopt dat de ‘beroemde’ Staar spoedig weer zal optreden in de regio. Om 12 uur ’s nachts is er voor de zangers en het publiek een speciale trein die hen vanuit Wijlre terugbrengt naar Valkenburg, indertijd het centrum van het toerisme, en Maastricht.

Deel dit bericht

Pierre Hupperts

Auteur ‘Het dorp en mijn familie. Gulpen en de familie Hupperts 1810-2010’ en ‘Recht en Onrecht, Na de tweede wereldoorlog zuid-Limburg/Gulpen-Wittem’.