Na de Tweede Wereldoorlog was er jarenlang nog schaarste van allerlei producten. Voor een eerlijke verdeling van de beschikbare goederen voerde de overheid distributie in via bonnen.
Met die bonnen konden in winkels de producten worden gekocht. In de kranten stonden de tijdstippen vermeld waarop de bonnen bij de distributiecentra konden worden opgehaald. Dat ging op alfabet, en op achternaam bijvoorbeeld op maandag de mensen met de achternamen beginnend met A tot D, op dinsdag E tot en met L. Onze gemeente viel onder distributiedistrict Vaals met distributiekantoren in Wittem, Gulpen en Slenaken.
Soms kon worden ingeschreven op bepaalde artikelen zoals in januari 1948 toen nieuwe fietsbanden konden worden aangevraagd. Ook een beperkt aantal rijwielen was beschikbaar maar dan alleen voor mensen die de fiets gebruikten voor het vervoer naar hun werk of de uitoefening van een beroep. Ook bedrijven konden een fiets aanvragen.
Het bonnensysteem werkte voor veel producten tot eind jaren 40. Op 31 december 1948 meldden de kranten dat het al een stuk beter ging: het aantal artikelen dat nog op rantsoen was, was flink gedaald. Bonnen voor kolen, werkkleding en sinaasappels bleven nog een tijd noodzakelijk. Het goede nieuws was wel dat er eenmalig een lading van 5.000 ton citrusvruchten, vooral sinaasappels, uit Italië op komst was die via de bon was te verkrijgen.
Eind 1948 stopte de rantsoenering van brood, suiker en broodbeleg zoals jam, stroop en chocola. Ook zelfrijzend bakmeel en kinderbiscuits konden zonder bon weer worden gekocht.
De rantsoenering van de textielproducten, vlees, kaas en rijst werd in november 1949 stopgezet, ruim vijf jaar na de bevrijding van de gemeente Gulpen-Wittem. De kolen gingen per 1 mei 1950 van de bon. Het laatste product dat nog op de bon was, koffie, werd op 14 januari 1952 vrijgegeven en daarmee kwam er een einde aan een systeem dat niet geliefd was maar wel noodzakelijk.